Grijze muizen

Vorige week ging de schrijftip over beweging. ‘Stilstand is saai, beweging is enerverend’, schrijft Arie Storm in Het schrijven van een roman. Alleen beweging is natuurlijk niet genoeg om een interessant literair personage te scheppen. Jan met de Pet kan doen wat-ie wil, maar een meeslepende, intrigerende hoofdpersoon wordt hij er niet van. Een literair personage is namelijk nooit een grijze muis.

‘Een literair personage is geen grijze muis. Een literair personage gaat altijd tot het uiterste. Een literair personage overdrijft altijd. Een literair personage vertoont altijd uitzonderlijk gedrag.’
Uit: Arie Storm, Het schrijven van een roman (Querido 2014)

14 punten (deel 1)

Wat onderscheidt een literair personage van een persoon in het echte leven? Uit het essay Hoe fictie werkt van James Wood destilleert Arie Storm ‘de 14 punten van een bruikbaar literair personage’.  Deze week de eerste drie punten:

  1. Is gespleten: de kleding aan de bovenste helft van zijn lichaam is bijvoorbeeld heel netjes (keurig jasje, keurige das), en zijn broek en schoenen zijn heel slonzig. Is zijn leven op een vergelijkbare manier gespleten?
  2. Botst op de een of andere manier tegen de wereld op.
  3. Doet soms onverwachte dingen. Het personage doorkruist verwachtingen, wordt gekweld door een voor de lezer maar niet te achterhalen duister geheim, en dat geheim zorgt ervoor dat het personage onberekenbaar wordt, op die manier wordt juist iets levends en iets menselijks onthuld.

Wat vind jij een geslaagd literair personage? Laat het ons weten op info@queridoacademie.nl of laat hieronder een reactie achter.